Nadat ik mijn contract had getekend, moest ik weer aan de bak. Sam verzekerde me dat het voor 80% een goed boek was, mits wat schaven en nog meer herschrijven zouden we er een 100% boek van maken.

Ik moest het hele verhaal met een fijne kam doorploegen en echt alles wat overbodig was schrappen. Onnodige personages weg. Onnuttige verhaallijnen weg. Nodeloze dialogen weg. Ik moest gaan voor de pure essentie. Moeilijk! Maar ik deed wat er gedaan moest worden en leverde het ingekorte manuscript weer in. Nu ging Nils, de vaste redacteur van Sam, over de tekst. Hij gaf me hele straffe, gedetailleerde feedback en ook daar moest ik weer mee aan de slag. Het resulteerde uiteindelijk in een extra stuk tekst en een volledig nieuw einde. Het werd een echte joint venture met de uitgeverij, eentje die me veel leerde en me het vertrouwen gaf dat het finale manuscript veel beter was. We besloten dat de 100% bereikt was.

En terwijl dat allemaal gaande was, werd er ergens in Nederland door een stel straffe grafische ontwerpers een cover ontworpen…

Previous
Previous

Ik schreef een boek-10

Next
Next

Ik schreef een boek-12