Ik was in januari aan het verhaal van Robert begonnen, opeens werd de voetoperatie dringend en naar voren verschoven wegens covid. Waar ik op voorhand nog dacht geweldig productief te kunnen zijn wegens zes weken werkonbekwaam, bleek al het al snel een periode van complete non-activiteit. Twee weken volledig platliggen, een ingreep die zwaarder was dan voorzien, veel pijn en vier weken van pittige revalidatie waren een totale ramp voor mijn creativiteit. Robert verdween noodgedwongen naar de achtergrond. Ik haatte het maar ik kon er niks aan doen. Mijn lijf moest blijkbaar eerst helen vooraleer er weer iets kon stromen.

Nadat ik me weer min of meer kon voortbewegen, kostte het veel moeite om de draad weer op te pikken. Ondertussen was lockdown nummer zoveel gedaan, trok het sociale leven zich weer op gang, begon ik na een lange tijd weer te werken en kreeg ik de schrijfroutine niet terug ingepland.

Ik was ervan overtuigd dat ik zever in paksoes had geschreven en stad alles wat met Robert te maken had in een anonieme map op mijn laptop.

Maar elke dag, als ik ging slapen, schreeuwde mijn schrijfplek in de slaapkamer om aandacht. En op een dag besliste ik om alles wat ik had geschreven, te herlezen.

En als ik het echt goed vond, zou ik Robert een tweede kans geven…

Previous
Previous

Ik schreef een boek-5

Next
Next

Ik schreef een boek-7